
De afgelopen eeuwen is in ons land het water- en bodemsysteem geoptimaliseerd voor een zo efficiënt mogelijk gebruik. Met de komst van extremere buien in combinatie met langer aanhoudende droogte, moeten we meer doen dan het water zo snel mogelijk afvoeren. Het thema ‘water en bodem’ wordt daarmee steeds urgenter bij nieuwe gebiedsontwikkelingen. Kunnen we het water duurzaam inpassen en de effecten van klimaatverandering lokaal opvangen? In onder andere het Gelderse Hengelo en in Beek en Donk ligt water ten grondslag aan de nieuwbouw van de toekomst.
Spons
Uitkijkend over een uitgestrekt maïsveld in Hengelo (Gld) valt nauwelijks op dat het thema water een belangrijke rol speelt in de plannen voor Hiddinks Weide. Samen met Roosdom-Tijhuis ontwikkelen we hier zo’n 180 woningen, waarbij we nu al rekening houden met droge voeten in de toekomst. Je zou zeggen: een boeren weiland, niet veel aan de hand. Dus hup, aan de slag! Dat is deels ook zo, maar volgens Bram de Vries zijn er toch bijzonderheden aan deze plek. “Er zit een lichte glooiing in het landschap en dat maakt het gevoeliger voor het ophopen van water.
Anderzijds willen we niet dat het water naar de naastgelegen gebieden stroomt als we hier gaan ophogen en bouwen. De bodem moet als een soort spons werken; water vasthouden in droge tijden en water bufferen in natte tijden. Daar bedenken we lokaal oplossingen voor.”
Niet slechter maken
Johan Brands benadrukt dat water slechts één van de actuele thema’s is. “Maar het is wel een belangrijke. Het uitgangspunt van de gemeente is dat de omgeving niet mag verslechteren. Maar we houden bijvoorbeeld ook rekening met ecologie en landschappelijke inpassing. In het plan zelf moet voldoende ruimte zijn voor waterberging, zonder dat de bewoners en de omliggende buurt er last van krijgen bij extreme buien. Water werd vroeger zo snel mogelijk afgevoerd via riolerings- en slotenstelsels, maar dat doen we niet meer. Regenwater willen we zoveel mogelijk lokaal infiltreren in het gebied. De structuur van de bodem speelt daarbij een belangrijke rol, maar ook de situatie van hoogteverschillen. Dat onderzoeken we al vroeg in het proces.”
Dubbel ruimtegebruik
Marc van Roekel schetst dat de woningen straks geclusterd op een soort terp komen te liggen. “Ietsje hoger dan de openbare ruimte. Kijkend naar de visie van de gemeente en Waterschap Rijn en IJssel, dan is er in het plan veel ruimte gereserveerd voor groen en waterberging. Dat lossen we op een natuurlijke manier op, zonder al te grote civieltechnische ingrepen. Daar waar mogelijk zoeken we de combinatie op. Bijvoorbeeld van spelen, groen en water. We willen geen permanente bak met water, maar een landschap waar af en toe water in staat. Op plekken waar bijvoorbeeld ook gespeeld wordt. Daar stemmen we dan ook weer de keuze voor het groen op af. Het water wordt zichtbaar gemaakt voor de bewoners in de wijk. Mensen zien straks bij een bui dat het hemelwater van hun eigen woning over de stoep naar het groene landschap stroomt, dat ook functioneert als een zeer serieuze wadi. Mocht het nog extremer worden, dan wordt het water getrapt afgevoerd naar het buitengebied. Bijvoorbeeld naar het naastgelegen zonnepark, dat daar speciaal voor is ingericht. In natte periodes is het prima als het water wat langer blijft staan, maar dat moet niet jaarrond zijn.”
Johan Brands
Projectleider gemeente Bronckhorst
Marc van Roekel
Ontwikkelingsmanager Van Wanrooij
Simuleren
Modellen, hoogtekaarten en 3D-metingen worden uit de digitale kast van Bram getrokken om oplossingen te kunnen bedenken. “Door te simuleren kun je gaan rekenen. Wat gebeurt er met het water? Hoe hoog komt het te staan? Hoe reageert de plek op extreme buien en lange droogte? Hoe zijn de stroombanen? Wat gebeurt er met het bestaande stedelijke gebied? Het plan is nu zo ingericht dat het water ín het plangebied blijft. We weten exact hoeveel kuub water we hier kunnen bergen bij aanhoudende regen. Anderzijds kijken we ook naar droogte. Hengelo (Gld) ligt 18 meter boven NAP, op een zandrug. De regio heeft de laatste jaren te maken met droogte in de zomerperiode. Door het water niet direct af te voeren, maar tijd te gunnen om rustig te infiltreren, ontstaat er balans in de bodem.”
Van sturend naar rekening houden met
Voor Johan is het eenvoudig: “We hebben een woningbouwopgave en vanuit de gemeente hebben we deze locatie aangewezen om Hengelo (Gld) uit te breiden met nieuwe woningen. Op het gebied van water achten we het verstandig om daar vroeg in het proces over na te denken. Vanuit onze visie zeggen we: ‘houd rekening met water en berg het zoveel mogelijk op locatie’. We nemen daarin ook de directe omgeving mee, want daar valt de regen ook.
We onderzoeken het eerder in het proces dan in het verleden, houden er rekening mee en toetsen het uiteindelijk. Van Wanrooij werkt dat zorgvuldig uit in een stedenbouwkundig plan. Dat Bram nu al aan tafel zit is een mooi voorbeeld. Voorheen werden adviseurs, net als ecologen en landschapsarchitecten pas later in de planvorming betrokken. Nu wordt er bij de visiefase al integraal naar de opgave gekeken, vanuit een intrinsieke motivatie om iets moois voor de toekomst achter te laten.”
Bram de Vries
Adviseur Nelen en Schuurmans